Klik hier om de kaart te tonen. U gaat hiermee akkoord met ons privacy statement.
Algemene Chapewerken Neyens, Borsbeek

Algemene Chapewerken Neyens, Borsbeek

Schoendonck 2, Borsbeek (Antwerpen)

WhatsApp met Algemene Chapewerken Neyens

www.chapewerkenneyens.be

Chape? (Bron: WTCB)

aan het werk: KBC-verzekeringen Eric Vereyken

realisaties:

Eerst en vooral is er voor chape een andere, officiële benaming: dekvloer. Hieronder vindt u een gedetailleerde beschrijving van dekvloeren.

1 Waartoe dient de dekvloer?

Dekvloeren dienen om een geschikte ondergrond te vormen voor diverse soorten vloerafwerkingen. dit vereist dat de dekvloeren op een stevige draagvloer tot op het voorgeschreven niveau worden gestort en de vereiste vlakheid hebben.

ze kunnen ook nog andere functies hebben, zoals: verdeling van de vloerbelastingen op isolatielagen, verwarmingsvloer, enz.

Tussen de dekvloer en de draagvloer wordt eventueel een uitvullaag gestort, al dan niet met tussenplaatsing van scheidingslaag of isolatielaag.

2 Soorten dekvloeren en aanbevolen keuze

Er worden vier soorten dekvloeren onderscheiden, namelijk:

hechtende dekvloer (afb. 1) :

door zijn samenstelling en uitvoering hecht deze dekvloer permanent aan de ondergrond. Bij toepassing ervan moeten volgende voorwaarden vervuld zijn :
- de draagvloer heeft een voldoende mechanische sterkte en er zijn geen actieve scheuren
- de beschikbare dikte voor de uitvoering van de dekvloer is minimaal maar toch voldoende (zie § 3)
- de draagvloer is droog of kan normaal drogen en zal in de toekomst droog blijven, tenzij het aanwezige vocht niet nadelig is voor de dekvloer, de vloerbedekking en haar plaatsingsproducten

niet-hechtende dekvloer uitbeelding 2) :

deze dekvloer hecht nergens aan de ondergrond, daarom plaatst men vóór het storten ervan een geschikte scheidingslaag. De ondergrond is dus best vlak en zonder hindernissen (b.v. leidingen). Zijn gebruik is aan ie bevelen in volgende gevallen :
-de vereiste hoogte (dikte) is beschikbaar (zie §3)
- er worden vervormingen van de draagvloer verwacht, die onverenigbaar zijn met een hechtende dekvloer .
- de draagvloer bestaat uit gefractioneerde elementen (zonder druklaag)
- de draagvloer is zeer poreus (b.v. gebakken klei, schuimbeton, beton met geëxpandeerde klei, ...)
- er is risico voor opstijgend vocht of bouwvocht afkomstig van de ondergrond, terwijl de dekvloer en/of de vloerbedekking of haar plaatsingsproducten vochtgevoelig zijn

zwevende dekvloer (afbeelding 3):

dit is in feite een niet-hechtende dekvloer. Hij wordt gestort op een min of meer samendrukbare isolatielaag (akoestisch en/of termisch). al of niet met tussenplaatsing van een scheidingslaag- Er mag geen direct contact zijn tussen de dekvloer en andere onderliggende of aanliggende bouwelementen zoals draagvloer. muren, plinten, tussendorpels, enz. Deze dekvloer wordt toegepast wanneer warmte- en/of geluidsisolatie voorzien is onder de dekvloer

dekvloer voor vloerverwarming (afbeelding 4):

deze wordt gestort ofwel op een isolatielaag, al of niet met tussenplaatsing van een scheidingslaag en inwerking van vloerverwarmingselementen, ofwel op verwarmingselementen die zelf op of in de isolatie rusten.

OPGELET !
1. Is er een niet-hechtende dekvloer voorzien (dit geldt dus ook voor zwevende dekvloeren en deze voor vloerverwarming) en is de bestaande ondergrond onvoldoende vlak, dan doet men er goed aan eerst een uitvlaklaas aan te brengen, alvorens de scheidingslaag of isolatielaag te plaatsen. Dit is niet vereist indien het om spuitisolatie gaat.
2. Zijn er veel leidingen op de draagvloer aanwezig of is de beschikbare hoogte te groot voor de normale uitvoering van de dekvloer, dan stort men best eerst een uitvullaag.

3. Er moet wel voldoende hoogte beschikbaar gehouden worden voor de eigenlijke dekvloer (zie hoofdstuk 3 hieronder).
4. Wanneer de beschikbare hoogte te klein is voor een correcte uitvoering van de ontworpen dekvloer, dient de opdrachtgever ervan verwittigd te worden. Hij beslist over de te nemen maatregelen, b.v. : het niveau van de afgewerkte vloer verhogen, het niveau van de bestaande draagvloer verlagen of de aard en de dikte van de diverse lagen aanpassen.

 

3 DIKTE VAN DEKVLOER


De vereiste dikte wordt bepaald in de contractuele overeenkomst. Onder "dikte van de dekvloer" dient verstaan te worden deze gemeten boven eventuele scheidings- of uitvullagen. De aanbevolen dikte, afhankelijk van het dekvloertype en het gebruikte bindmiddel, zijn samengevat in tabel 1.

 



4 SAMENSTELLING VAN DE MORTEL - WAPENING


De dekvloermortel bevat een bindmiddel (meestal cement of anhydriet), vulstoffen (meestal zand voor dekvloeren). water en eventueel hulpstoffen voor dekvloermortel.


4.1 MATERIALEN VOOR DEKVLOEREN


CEMENT

 

Sedert 1.1.94 zijn de cementbenamingen en de sterkteklassen sewijzied. Ze worden nu aangeduid met de letters CEM. sevolsd door een Romeins cijfer. Cement kan geleverd worden in de sterkteklassen 32.5 - 42.5 - 52.5, waarbij een normale versie en een "R"-versie onderscheiden worden. Laatstgenoemde wordt gekenmerkt door een hogere aanvangssterkte. De aanbevolen cementtypes en sterkteklassen zijn vermeld in tabel 2.

ANHYDRIET


Anhydriet - natuurlijk of synthetisch - wordt gedefinieerd in de Duitse norm DIN 4208.

Het toepassen van anhydrietgebonden. traditionele dekvloeren wordt afgeraden in ruimten waar de dekvloer :
- niet normaal kan drogen, door gebrek aan ventilatie of door een hoge waterdampproduktie langdurig in contact is met een vochtige draagvloer. te wijten ofwel aan bouwvocht. ofwel aan capillaire opzuiging, ofwel aan de afwezigheid van een vochtscherm

- opnieuw vochtig kan worden - langdurig of bij herhaling na het verharden en na plaatsing van de vloerbedekking.

Voor anhydrietgebonden gietvloeren is het aanbevolen inlichtingen in te winnen bij de fabrikant omtrent de uitvoeringsvoorwaarden.

TOESLAGSTOFFEN (VULSTOFFEN


Meestal wordt zand gebruikt met continue granulometrie 0/5 tot 0/7.

HULPSTOFFEN VOOR DEKVLOERMORTEL


Hulpstoffen zijn producten die tijdens de menging van de mortel worden toegevoegd ten einde bepaalde eigenschappen ie verbeteren, heizij in verse toestand, hetzij tijdens de binding en verharding, hetzij na verharding. Ze dienen gebruikt te worden overeenkomstig de aanduidingen van de fabrikant.

 

WAPENING


Indien geen speciale eisen gesteld worden, gebruikt men de gelaste netten 38 x 38 x 1 mm. Indien men vezels wenst te gebruiken. gebeurt dit overeenkomstig de aanduidingen van de fabrikant.

 

4.2 MORTELSAMENSTELLINGEN

 

Volgende mortelsamenstellingen worden veelvuldig toegepast :
♦ voor cementgebonden dekvloeren gebruikt men gewoonlijk 250 a 300 kg cement per m3 vulstoffen met een goede korrelverdeling
♦ voor anhydrietdekvloeren : het anhvdrietgehalte bedraagt 360 a 400 kg per m3 vulstoffen.


Na 28 dagen worden met deze samenstellingen gewoonlijk volgende mechanische eigenschappen bereikt :
♦ een druksterkte van minstens 8 N:mm:
♦ een inslagdiepte bij de ponsproef (slechts toegepast bij hechtende dekvloeren na 4 schokken met de dekvloertester van max. 3 mm (gemiddelde waarde) of 5 mm (maximale waarde).
In geval van speciale samenstellingen of eisen doet men er goed aan eerst een proef uit te voeren.
Eventuele proeven worden opgenomen in een afzonderlijke post van de meetstaat.

4.3 WAPENING VAN DEKVLOEREN


♦ Het wapeningstype wordt bepaald in de contractuele documenten.
♦ Voor hechtende dekvloeren is een wapening enkel geplaatst indien contractueel bepaald.
♦ Voor niet-hechtende dekvloeren is de wapening ten zeerste aangeraden om hei risico van scheurvorming te beperken en aldus de vervorming van de dekvloer en van zijn bedekking te verdelen.
♦ Voor zwevende dekvloeren is een wapening vereist.
♦ Voor alle dekvloeren ter plaatse van dikteverminderingen (leidingen of kokers b.v.) is een overbruggingswapening onontbeerlijk.
Bij niet-hechtende dekvloeren wordt de wapening op halve hoogte van de dekvloer geplaatst. Bij zwevende dekvloeren bevindt de wapening zich liefst in een zone begrepen tussen 1/3 en 1/2 van de dikte, gemeten vanaf de onderkant van de dekvloer. Bij dekvloeren voor vloerverwarming wordt de wapening geplaatst boven de verwarmingselementen.

5 DROGING - BESCHERMING TEGEN VOCHT


Tijdens de binding van de dekvloermortel moet verdamping van het aanmaakwater beperkt worden. Tijdens de verharding worden cementgebonden dekvloeren in een vochtige omgeving bewaard.

 

Er worden voorzorgen genomen om te voorkomen dat de dekvloer opnieuw vochtig wordt tijdens de droging of na het bereiken van het evenwichtsvochtgehalte :
♦ zijn de vloeren in contact met de volle grond, dan dient een waterkerende laag voorzien te worden
♦ vochtsevoelise isolatiematerialen worden test en bevochtiging beschermd.
De waterkerende laag bestaat meestal uit een polyethyleenfolie met een minimum dikte van 0,2 mm, geplaatst met een overlapping van ongeveer 20 cm. Bij lassen of lijmen mag de overlapping beperkt worden tot 10 cm.

Opgelet : de vereiste waterkerende en beschermingslagen worden best zo geplaatst, dat opsluiten van bouwvocht vermeden wordt.
De plaats van de beschermingslagen in de vloeropbouw wordt geïllustreerd in tabel 3 : gebruik de linker kolom indien de vloer in contact is met de volle grond, de rechter kolom indien dat niet het geval is.

 

6 NIVEAU EN VLAKHEID VAN DE DEKVLOER


De dekvloer wordt afgewerkt op het voorgeschreven niveau; hierop worden toleranties toegestaan (zie tabel 4).
Zijn er punten met opgelegd niveau, zoals bij deurdorpels, rioolputten, putdeksels enz., dan moet de dekvloer daar uiteraard op aansluiten, rekening houdend met de dikte van de vloerafwerking.
Het niveau en de vlakheid van de dekvloer worden in de contractuele bepalingen voorzien, ze houden rekening met de latere afwerking. Op de vlakheid worden ook toleranties toegestaan (zie tabel 5).

 


OPMERKINGEN
♦ Vlakheidsklasse 1 is vereist indien de dekvioer afeewerkt wordt met harde tesels van sroot for-maat (> 30 x 30 cm2).
♦ Vlakheidsklasse 2 wordt nageleefd indien er geen eis.en opgelegd worden.
♦ Voor zones dicht bij hindernissen wordt een vlakheid aangenomen die één klasse minder streng is.
♦ De toleranties op het niveau van de dekvioer en deze op de vlakheid mogen niet samengeteld worden.

Contact opnemen

Contact info

Algemene Chapewerken Neyens
Schoendonck 2
Borsbeek (Antwerpen)

www.chapewerkenneyens.be

Trefwoorden: Industriele, vloeren, Polychape, Isolatie, Chapewerken

Rubrieken: Chape

Houd contact